Gemeenten krijgen meer verantwoordelijkheden op sociaal terrein. Ook is er een overgang van een verzorgingsstaat naar participatiemaatschappij, gekoppeld aan een bezuinigingsopgaaf. In zijn column in Het Gemeentenieuws schrijft wethouder Barth van Eeten waarom hij die koppeling geen goede zaak vindt.
Er staan ons een tweetal grote veranderingen te wachten. De eerste is dat gemeenten veel meer verantwoordelijkheden krijgen, vooral op sociaal terrein. De reden hiervoor is dat de overheid van mening is dat deze verantwoordelijkheden dicht bij de mensen geregeld dienen te worden. Die opvatting deel ik. De tweede verandering is dat onze samenleving in overgang (transitie) is van verzorgings- naar participatiemaatschappij. Jammer genoeg worden deze twee los van elkaar staande zaken aan elkaar gekoppeld met als uitkomst: er moet bezuinigd worden, dus de mensen moeten het maar zelf doen, met hulp van mantelzorgers en vrijwilligers.
Waarom vind ik dit jammer? Laat ik beginnen met toe te lichten wat volgens mij essentiële verschillen zijn tussen verzorgings- en participatiesamenleving. In een verzorgingsstaat wordt er voor de mensen gezorgd, hebben we rechten en plichten waar we voor betalen (premies, belastingen, eigen risico) en worden we vooral als klant/consument gezien. Als we het zelf niet meer redden wordt de regie over ons leven overgenomen door professionals die met behulp van gestandaardiseerde (want iedereen heeft recht op hetzelfde) oplossingen.
In een participatiemaatschappij doet iedereen mee naar vermogen en doet iedereen ertoe. Mensen hebben hun leven in eigen hand (wonen zelfstandig, kunnen zich verplaatsen in en om huis/de omgeving en kunnen deelnemen aan de samenleving) en doen daarvoor zelf wat ze kunnen, zo nodig met behulp van hun netwerk (familie, vrienden, buren). Daarnaast zijn er algemene en collectieve voorzieningen waar iedereen gebruik van kan maken en als ze met deze middelen niet in staat zijn hun leven te leiden dan ondersteunt de lokale overheid hen met maatwerk, o.a. door individuele voorzieningen.
Het jammerlijke is nu dat de ontwikkeling naar een participatiesamenleving gekoppeld wordt aan bezuinigen, met als gevolg dat het als een negatieve ontwikkeling wordt ervaren. Het tegendeel is waar volgens mij. De verzorgingsstaat heeft een consumptiesamenleving doen ontstaan, waar alles in het teken staat van het individu en hebben, hebben, hebben. Het spreekwoord luidt echter niet voor niets: “Bezit van de zaak is het einde van het vermaak!”
Aangezien mensen sociale wezens zijn en elkaar dus nodig hebben voor een zinvol leven vind ik het een prima ontwikkeling dat onze samenleving zich doorontwikkeld naar weer meer sociale samenhang. Ook de gemeente is van mening dat dit een goede ontwikkeling is waar we ons graag bij aansluiten. Nogmaals: niet om te kunnen bezuinigen (want dat moet toch gezien de crisis), maar voor een betere samenleving!
Hebt u hier zelf ideeën over laat het me weten. U kunt me mailen (b.vaneeten@lingewaard.nl), of spreek me aan als we elkaar ergens tegenkomen.
Barth van Eeten.